Peulvruchten

Bonen, erwten en linzen zijn peulvruchten. Peulvruchten zijn gedroogde zaden van vlinderbloemige peulgewassen.

De zaden ontwikkelen zich in een peul, ook wel omhulsel genoemd. Dit omhulsel was de stamper van de vlinderbloem.

In onrijpe, groene toestand worden diverse soorten peulvruchten als groenten geconsumeerd zoals sperziebonen, snijbonen, peultjes en doperwten. Indien we over gedroogde peulvruchten spreken, bedoelen we de gedroogde zaden.

Er bestaan wel honderden varianten peulvruchten.

De teelt en productie van peulvruchten is duurzaam en heeft een lage klimaatbelasting.
De consumptie van peulvruchten, in plaats van vlees, is minder milieubelastend.

De wortels van vlinderbloemige planten, waar de peulvruchten bij horen, maken de bodem los. Peulvruchten stellen weinig eisen aan de grondsoort. Ze kunnen groeien op droge en schrale bodemsoorten. Ze trekken stikstofbindende bacteriƫn aan. Deze bacteriƫn kunnen stikstof uit de lucht binden, dat de plant vervolgens kan gebruiken voor de groei. Dit is een natuurlijke vorm van bemesting. Als je op een uitgeputte grond 2 jaar vlinderbloemige planten teelt, kun je de bodem daarna 3 jaar voor andere gewassen gebruiken.